De NZa helpt om de toegankelijkheid, betaalbaarheid en kwaliteit van zorg te borgen. Dat doen we door ontwikkeling van de bekostiging van de zorg. Een bekostiging is een geheel van passende zorgprestaties, bijbehorende tarieven en afspraken over het registreren en declareren van zorg in een bepaalde zorgsector. Op deze pagina vertellen wij u meer over de bekostiging in het algemeen en die voor de ggz en fz in het bijzonder.
Waarom een bekostiging?
Dankzij de bekostiging kunnen we nagaan of ons gezamenlijke zorggeld goed besteed wordt. Ook helpt de bekostiging bij het zicht op wachttijden en is het de basis voor afspraken tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar. Het inzicht is ook van groot belang voor de beweging naar passende zorg.
Een goede bekostiging levert niet te veel administratie op, maar biedt wel de gewenste informatie voor zorgaanbieder, zorgverzekeraar en patiënt. Die balans vinden is altijd de grote uitdaging.
Hoe komt de bekostiging tot stand?
De maatschappij, de zorg zelf én onze gezamenlijke normen, waarden en eisen veranderen voortdurend. De bekostiging van zorg beweegt daarin mee. De NZa voert daarom ieder jaar een update van een bekostiging door, met indexering van tarieven. Daarnaast kennen we meerjarige cycli waarin we op basis van kostprijsonderzoeken de tarieven helemaal opnieuw bepalen. En omdat iedere bekostiging vroeg of laat toch weer gaat knellen, ontwikkelen we op de nog langere termijn samen met het zorgveld geheel nieuwe bekostigingen.
Kostprijsonderzoek ggz/fz 2024
De NZa voert een kostprijsonderzoek uit naar de prestaties binnen het Zorgprestatiemodel (Zpm) voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) die vallen onder de Zorgverzekeringswet en de Wet forensische zorg. In dit kostprijsonderzoek worden ook de ggz-verblijfsprestaties inclusief behandeling binnen de Wet langdurige zorg (ggz-b en ggz-wonen) meegenomen én de beschikbaarheidsbijdrage voor de medische vervolgopleidingen (mvo) in de ggz. Dit onderzoek, dat uitgevoerd is onder zowel vrijgevestigde praktijken als instellingen, leidt tot nieuwe tarieven per 2026.
Voortgang kostprijsonderzoek
In de afgelopen weken hebben we de analyse en duiding van de onderzoeksresultaten afgerond, wat heeft geleidt tot een kostprijs voor elke prestatie. Om tot tarieven vanaf 1 januari 2026 te komen worden verschillende (standaard) indexen toegevoegd aan de kostprijzen per prestatie.
In april en mei heeft afstemming plaatsgevonden met branchepartijen plaats over de wijze waarop de resultaten van het onderzoek geduid kunnen worden de hoofdlijnen van de methodiek die we gebruiken om van kostprijzen tot concepttarieven komen.
Op 5 juni vindt een bestuurlijk overleg plaats tussen branchepartijen en de NZa, waarin branchepartijen nog eenmaal punten kunnen meegeven aan de NZa om mee te wegen in de naderende besluitvorming.
De NZa stelt eind juni de tarieven vast. Naar verwachting publiceren we op 1 juli 2025 de tarieven en de bijbehorende verantwoording, waarin we uitleggen hoe we tot de nieuwe tarieven zijn gekomen die per 1 januari 2026 gelden.
Waardering deelname zorgaanbieders
We zijn ons ervan bewust dat het een intensief traject was voor geselecteerde aanbieders. We vinden het positief te merken dat de houding van vrijgevestigde praktijken en instellingen over het algemeen constructief is en dat het belang van een goed en zorgvuldig onderzoek wordt bevestigd. We waarderen de medewerking van vrijgevestigde praktijken en instellingen bij dit kostprijsonderzoek dan ook enorm. Na afloop van het traject gaan we evalueren en willen wij aanbieders de mogelijkheid geven verbeterpunten voor een volgend kostprijsonderzoek mee te geven.
Terugblik uitvraag instellingen
Van september tot november 2024 hadden instellingen de tijd voor het aanleveren van gegevens voor het kostprijsonderzoek ggz/fz.
In november tot april 2025 hebben we de binnengekomen gegevens geanalyseerd en naar aanleiding daarvan zorgaanbieders een terugkoppeling gestuurd met aanvullende vragen of het verzoek ontbrekende gegevens aan te vullen. Soms waren meerdere terugkoppelingen nodig om de gegevens te kunnen gebruiken voor de kostprijsberekening.
Nadat wij voldoende goedgekeurde formulieren hadden, hebben we een vergelijking gemaakt tussen de gegevens van instellingen, om opvallende verschillen in beeld te krijgen. Voor de uitschieters in de kostprijzen van instellingen zochten we vervolgens een verklaring. Enkele instellingen hebben daarover aanvullende vragen gekregen. Een verklaring of onderbouwing van deze uitschieters in kostprijzen is van belang om geen foutieve gegevens mee te nemen in de verdere berekeningen, bijvoorbeeld wanneer sprake is van onrealistisch lage of hoge kostprijzen.
Terugblik uitvraag vrijgevestigde praktijken
Vanaf mei 2024 vond de gegevensuitvraag plaats onder vrijgevestigde praktijken in de ggz. Een deel van de vrijgevestigde praktijken werd geselecteerd voor deelname, waar een groot deel van de praktijken ook aan heeft meegewerkt. Ontheffing van deelname is verleend in uitzonderlijke situaties, bijvoorbeeld in geval van persoonlijke zwaarwegende omstandigheden.
In de periode vanaf september 2024 hebben we de ingevulde formulieren gecontroleerd en naar aanleiding daarvan hebben praktijken een terugkoppeling ontvangen op het formulier. Na het stellen van vervolgvragen en de beantwoording hiervan is meer dan 80% van de aanleveringen goedgekeurd.
In februari 2025 waren is vervolgens een vergelijking gedaan met als doel grote verschillen tussen praktijken vast te stellen. Bij deze toets is gekeken naar uitschieters in de kostprijzen van specifieke praktijken en gezocht naar een verklaring. Een verklaring of onderbouwing van deze uitschieters in kostprijzen is van belang om geen foutieve gegevens mee te nemen in de verdere berekeningen, bijvoorbeeld wanneer sprake is van onrealistisch lage of hoge kostprijzen. Enkele praktijken hebben daarover aanvullende vragen gekregen.
Parallel hieraan voert adviesbureau Berenschot in opdracht van de NZa een onderzoek uit naar de normatieve arbeidskosten component. De reden voor dit deelonderzoek is dat veel praktijkhouders zichzelf doorgaans geen vast salaris toekennen, maar er uiteraard wel arbeidskosten tegenover de werkzaamheden staan die zij uitvoeren. Het doel van het onderzoek was dan ook om voor praktijkhouders van vier beroepsgroepen de arbeidskosten te bepalen. Er wordt uitgegaan van het functieprofiel van elk beroep waarbij ook het praktijkhouderschap wordt meegewogen. Een aantal vrijgevestigde praktijkhouders heeft een grote bijdrage geleverd aan het onderzoek. Binnenkort rondt Berenschot het onderzoek af. De uitkomsten zullen we daarna delen op onze website.
Een bekostiging weerspiegelt zoveel mogelijk de zorgpraktijk. Daarom vraagt de NZa zorgaanbieders regelmatig om gegevens over geleverde zorg. Meestal is dat aanleveren verplicht: anders krijgen wij geen representatief beeld. De NZa vraagt daarbij niet om persoonlijke gegevens. Wij moeten weten welke zorg gegeven is, maar we willen niet weten wie die zorg kreeg. Het gaat ons alleen om het grote plaatje.
NZa publiceert aangepaste tarieven voor de ggz en fz
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft de tarieven voor de geestelijke gezondheidszorg en de forensische zorg 2022 en 2023 met terugwerkende kracht aangepast. Dit hebben we gedaan op grond van de uitspraak eerder dit jaar van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). De aangepaste tarieven hebben geen invloed op afspraken die al zijn gemaakt of zorg die al is gedeclareerd en vergoed. Zorgaanbieders en zorgverzekeraars kunnen wel aanvullende afspraken maken als zij dat nodig vinden. De NZa vraagt zorgverzekeraars duidelijk te communiceren over hoe ze willen omgaan met deze aangepaste tarieven.
Deze video van het Programma Zorgprestatiemodel informeert over de zorgvraagtypering binnen het zorgprestatiemodel voor de ggz. De zorgvraagtypering moet bijdragen aan minder wachtlijsten en passende zorg voor iedereen die dat nodig heeft.