Paramedische zorg
Paramedische zorg is van groot belang voor de beweging richting passende zorg. Paramedische zorg is ten opzichte van medische zorg namelijk relatief goedkoop en goed toegankelijk. Momenteel is de aanspraak op paramedische zorg echter nog beperkt. Dat betekent dat deze zorg beperkt wordt vergoed uit het basispakket. Dit heeft tot gevolg dat patiënten in sommige situaties kiezen voor duurdere zorg (die vaak wel wordt vergoed), zorg uitstellen of zelfs zorg vermijden. Bovendien belemmert de beperkte aanspraak de beweging om organisatie en bekostiging van integrale zorg over sectoren heen vorm te geven. Daarom wordt er momenteel gewerkt aan een advies hoe de aanspraak op fysio- en oefentherapie in de toekomst vorm moet krijgen.
In het kort
|
Paramedische zorg is van groot belang in het opvangen van de groeiende zorgvraag in de eerste lijn
Paramedici kunnen een belangrijke rol spelen in het opvangen van de sterk groeiende zorgvraag in de eerste lijn. Paramedische zorg kan in sommige gevallen ook (vaak) duurdere (tweedelijns)zorg voorkomen. De beperkte vergoeding van paramedische zorg vanuit de basisverzekering kan de beweging naar passende zorg echter belemmeren. Zo kan de beperkte aanspraak leiden tot het uitwijken naar duurdere zorg (die wel wordt vergoed), het uitstellen of vermijden van zorg. Bovendien belemmert de beperkte aanspraak de beweging om organisatie en bekostiging van integrale zorg over sectoren heen vorm te geven.
We zien ook in de paramedische zorg een stijging van de uitgaven. In 2022 zijn de uitgaven met 1,7% gestegen ten opzichte van het jaar ervoor, naar €2.121,6 miljoen. Deze stijging is deels te verklaren vanwege de substitutie van tweedelijnszorg naar de eerste lijn. Fysiotherapie is de sector waar de meeste uitgaven in omgaan: het beslaat ruim 80% van de totale kosten binnen de paramedische zorg. De afgelopen vijf jaar laat voor alle disciplines een stijging zien van de kosten (sectorbreed een stijging van 15% tussen 2018 en 2022), maar met name voor ergotherapie (+66% tussen 2018 en 2022) en diëtetiek (+29% tussen 2018 en 2022) is een relatief hogere stijging van de kosten zichtbaar. Het aantal patiënten groeit in diezelfde periode ook voor alle disciplines (sectorbreed een stijging van 7%), maar met name binnen de ergotherapie (+51%) en diëtetiek (+17%).
Beweging richting passende aanspraak
Het afgelopen jaar zijn er stappen gezet in de beweging richting een passende aanspraak voor de fysio- en oefentherapie. In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft Zorginstituut Nederland (ZINL) begin 2023 het advies Passende zorg voor fysiotherapie en oefentherapie uitgebracht. Hierin schetst ZINL hoe en onder welke randvoorwaarden een toekomstige aanspraak voor de eerstelijns fysio- en oefentherapie in de basisverzekering vormgegeven kan worden. ZINL gaf aan dat er drie randvoorwaarden zijn voordat zij een definitief advies kan geven. Eén van deze randwaarden is dat de NZa een advies moet opstellen over een passende bekostiging van eerstelijns fysio- en oefentherapeutische zorg. Momenteel werken wij aan dit advies. Wanneer alle randvoorwaarden die ZINL heeft gesteld uit zijn gewerkt, zal zij de minister adviseren over de inrichting van de aanspraak op fysio- en oefentherapeutische zorg.
Transparantie over kwaliteit
Een andere randvoorwaarde uit het advies van ZINL is dat een Kwaliteitskader fysio- en oefentherapie wordt uitgewerkt, waarin verschillende partijen (KNGF, SKF, VvOCM, Patiëntenfederatie Nederland, ZN) gezamenlijk kwaliteitseisen voor goede zorg vastleggen dat aansluit op het Kader Passende zorg. Transparantie over kwaliteit is noodzakelijk. Dit betreft bijvoorbeeld inzicht in (kosten)effectiviteit en uitkomsteninformatie. Dit is van belang voor patiënten en zorgverleners, maar stelt zorgverzekeraars ook in staat om passende zorg beter te belonen dan niet of minder passende zorg.
Transparantie over kwaliteit is noodzakelijk om passende zorg beter te belonen.
Meer lezen?Rapport Zorginstituut Nederland - Passende zorg voor fysiotherapie en oefentherapie. |
Voorkomen van duurdere zorg
Paramedische zorg draagt ook bij aan het voorkomen van duurdere zorg. Een voorbeeld hiervan is de valpreventie beweeginterventie. Valongevallen zijn de meest voorkomende oorzaak van letsel door een ongeval bij ouderen. Van alle ouderen van 65 jaar en ouder valt ongeveer 34% minimaal één keer per jaar. Valongevallen hebben een grote maatschappelijke impact want ongeveer 71% van de ouderen die vallen zoekt medische hulp na een valongeval. De directe medische kosten voor behandeling van letsel ten gevolge van het vallen waren in 2018 voor ouderen van 65 jaar en ouder 955 miljoen euro. De prognose tot 2050 op basis van demografie is dat het aantal SEH-bezoeken voor letsel na een valongeval bij ouderen van 65 jaar en ouder met 47% zal toenemen naar 160.000 bezoeken.
Om deze reden is het een mooie ontwikkeling dat valpreventieve beweeginterventie vanaf 2024 vergoed wordt vanuit het basispakket. Naast het voorkomen van duurdere zorg draagt valpreventie ook bij aan dat mensen veilig en langer zelfstandig thuis kunnen wonen. Dit draagt vervolgens weer bij aan het functioneren en kwaliteit van leven.
Valpreventieve beweeginterventie draagt bij aan het voorkomen van duurdere zorg.