De huisartsenzorg staat voor grote uitdagingen en is vaak onderwerp van het politieke debat. We zetten in op het borgen van de toegankelijkheid van de huisartsenzorg. Het verstevigen van de persoonlijke continuïteit staat hierbij centraal. Met het uitrollen van de Visie Eerstelijnszorg 2030 wordt ingezet op een sterke, goed functionerende eerstelijnszorg – een randvoorwaarde voor het borgen van de toegankelijkheid van huisartsenzorg. Individuele belangen en wet- en regelgeving mogen deze noodzakelijke transitie niet belemmeren.
Toegankelijkheid huisartsenzorg onder druk
De toegankelijkheid van huisartsenzorg staat al langere tijd onder druk. Uit onderzoek blijkt dat persoonlijke continuïteit, het hebben van een vaste huisarts die je kent en volgt, bijdraagt aan een langer leven. Door de druk op de huisartsenzorg is dit niet meer vanzelfsprekend. De Algemene Rekenkamer concludeert in haar rapport Focus op huisartsentekort dat er sprake is van een landelijk tekort aan huisartsen(zorg) en verwacht dat dit tekort de komende jaren verder zal stijgen. Op basis van de beschikbare data kunnen we niet vaststellen of er sprake is van een landelijk huisartsentekort of een spreidingsvraagstuk. Uit het focusonderzoek van De Algemene Rekenkamer blijkt wel dat naar schatting 45.000 tot 194.000 mensen geen huisarts hebben. Uit registraties van zorgverzekeraars blijkt dat er in december 2024 6.892 mensen actief op zoek waren naar een huisarts en er geen konden vinden. Een mogelijke verklaring voor dit grote verschil in aantallen is dat veel mensen niet weten dat zij hun zorgverzekeraar kunnen benaderen voor wachttijdbemiddeling.
Verzekerden moeten erop kunnen vertrouwen dat ze tijdig de zorg krijgen die zij nodig hebben. Ook in tijden waarin de druk op de zorg groot is. Zorgverzekeraars spelen hierin een grote rol. Wij houden toezicht op de zorgplicht van zorgverzekeraars. In onze monitors Toegankelijkheid van Zorg schetsen we 3 keer per jaar een beeld van de huidige stand en toegankelijkheid van zorg. De wachtlijsten in de huisartsenzorg zijn ook in deze monitors opgenomen. Deze zijn gebaseerd op de registraties van zorgverzekeraars. In juni 2025 hebben 6.194 verzekerden die op een wachtlijst staan zich bij de zorgverzekeraar gemeld. Dit zijn er 1.104 meer dan een jaar geleden. Enschede, Hendrik-Ido Ambacht, Steenwijkerland, Purmerend, Goes en Waddinxveen zijn de 6 gemeentes met de hoogste wachtlijsten voor huisartsenzorg in het tweede kwartaal van dit jaar.
Landelijke trend aantal wachtenden huisartsenzorg
Borging persoonlijke continuïteit
Voor goede toegang tot zorg is het essentieel dat alle inwoners in Nederland ingeschreven staan bij een vaste huisarts of huisartsenpraktijk. In het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA) zijn daarom een aantal doelen vastgelegd. Een van deze doelen is dat het aantal mensen zonder huisarts eind 2028 is gedaald naar nul. Ook moeten er dan meer huisartsen zijn die met een vaste patiëntenpopulatie werken. Het streven van huisartsen is dat iedere inwoner van Nederland in 2035 een vertrouwd huisartsenteam dichtbij huis heeft. Daarbij willen ze zorg kunnen blijven leveren volgens de vier kernwaarden: persoonsgericht, medisch-generalistisch, continu en gezamenlijk. Dit hebben zij vastgelegd in hun Visie Huisartsenzorg 2035. Centraal in de visie staat het belang van persoonlijke continuïteit. Uit tal van onderzoeken blijkt dat persoonlijke continuïteit leidt tot minder sterfte, snellere herkenning van ziekten, meer zorg op maat, betere therapietrouw, minder overdiagnostiek en overbehandeling, minder verwijzingen en minder ziekenhuisopnames. Kortom: persoonlijke continuïteit leidt tot passende zorg.
Eén manier om persoonlijke continuïteit te borgen is praktijkhouderschap, maar ook in andere arbeidsvormen kan persoonlijke continuïteit worden geborgd. Dat biedt perspectief. Uit het onderzoek van de Algemene Rekenkamer blijkt namelijk dat het aandeel praktijkhouders weliswaar is afgenomen, maar dat het aantal huisartsen in Nederland in de afgelopen 25 jaar fors is gestegen: van ongeveer 8.600 in 2000 tot ongeveer 14.300 in 2024. Het borgen van persoonlijke continuïteit gaat in de kern over patiënthouderschap: de langdurige verbondenheid van een zorgverlener met een patiënt. Dit is dan ook waar het AZWA op inzet.
Een randvoorwaarde is dat de zorg toegankelijk en van goede kwaliteit is en blijft, ook op langere termijn. Samen met de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) hebben wij daarom onderzoek gedaan naar de kansen en risico’s van bedrijfsketens en de manier waarop zij de huisartsenzorg organiseren. Het afgelopen jaar hebben we gezien dat wanneer de focus ligt op kostenbesparing en groei, dit schrijnende gevolgen kan hebben voor de persoonlijke zorg van patiënten. De aanbevelingen uit ons rapport zijn nog steeds actueel. Over de opvolging van een aantal aanbevelingen zijn in het AZWA concrete afspraken gemaakt. Zo wordt op dit moment onderzocht hoe de vier kernwaarden van de huisartsenzorg vertaald kunnen worden naar werkbare en toetsbare uitgangspunten of normen. Daarnaast vindt er momenteel in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) een evaluatie plaats naar de casus Co-Med. De resultaten daarvan verwachten we dit najaar binnen te hebben.
"Een sterke eerste lijn is een randvoorwaarde voor het borgen van continue en persoonsgerichte huisartsenzorg."
Samenwerken aan toegankelijke, persoonsgerichte en continue huisartsenzorg
Het borgen van de toegankelijkheid van persoonsgerichte en continue huisartsenzorg vraagt om actie binnen de huisartsenzorg. Mentale gezondheidsnetwerken zijn hier een voorbeeld van. Hierin is ook een rol voor de huisartsenzorg weggelegd, onder andere bij het Verkennend gesprek. Daarnaast zijn in het AZWA afspraken gemaakt om een landelijk systeem te realiseren dat inzicht geeft in welke huisartsenpraktijken plek hebben voor nieuwe patiënten. Met behulp van dit systeem kunnen patiënten bij verhuizing ‘ruilen’ van praktijk. Ook word onderzocht welke mogelijkheden er zijn om actiever te sturen op spreiding van huisartsen over het land. Daarnaast nemen huisartsen, Regionale Huisartsenorganisatie (RHO’s) en zorgverzekeraars gezamenlijk de verantwoordelijkheid om de toegankelijkheid en continuïteit van huisartsenzorg binnen elke regio duurzaam te borgen. Dit vraagt om gerichte investeringen. Denk aan het oplossen van knelpunten rondom het werven, behouden en ondersteunen van praktijkhoudende huisartsen. Maar ook het starten, overnemen of uitbreiden van praktijken. Of het introduceren van innovatieve vormen van werken in de regio. Daarvoor is (financieel) maatwerk nodig.
Ook buiten de huisartsenzorg is er werk aan de winkel. De huisarts kan het immers niet alleen. De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) constateert in haar advies ‘De basis op orde’ dat een sterke, goed functionerende eerstelijnszorg van groot belang is voor de samenleving. Met het uitrollen van de Visie eerstelijnszorg 2030 wordt daar dan ook op ingezet. Dat is belangrijk, want ‘de eerstelijnszorg vormt het eerste, laagdrempelige aanspreekpunt waartoe burgers zich zonder verwijzing kunnen wenden met vragen over gezondheid en ziekte. Een goed functionerende eerstelijnszorg regelt dat mensen op het passende moment, niet te vroeg of te laat, een beroep doen op complexe en duurdere zorg of via de sociale kaart naar niet-zorgorganisaties worden doorverwezen.' Juist daarom is het van belang dat deze transitie naar een sterke eerstelijnszorg breed wordt ingezet én gedragen. En dat deze in de komende jaren wordt bestendigd in Regionale Eerstelijns Samenwerkingsverbanden (RESV).
Op de hoogte blijven?
Op de hoogte blijven van het laatste nieuws rondom de huisartsenzorg? Meld u dan nu aan voor onze nieuwsbrief huisartsenzorg.
Meer lezen
- Focus op huisartsentekort (Algemene Rekenkamer)
- Monitors toegankelijkheid van zorg
- De opkomst van bedrijfsketens in de huisartsenzorg (IGJ en NZa)
- Kamerbrief over tijdlijn van gebeurtenissen in de casus Co-Med
- De basis op orde - Uitgangspunten voor toekomstgerichte eerstelijnszorg (RVS)
- Visie eerstelijnszorg 2030: blijvend goede zorg dicht bij huis (Ineen)