Het gaat om een aaneengesloten periode van 91 dagen en dus niet om 91 dagen per kalenderjaar. Hier kan een jaarovergang in zitten.
Als de cliënt - waarop een situatie van toepassing is zoals bedoeld in artikel 9.2 onder a) - naar verwachting langer dan 91 dagen afwezig is, moet de Wlz-uitvoerder binnen de periode van 91 dagen toestemming hebben verleend voor een verlenging van de periode waarin afwezigheid wordt bekostigd.