Zorgen voor elkaar

Onze samenleving draait op verbondenheid. Zorgen voor elkaar versterkt welzijn en sluit aan bij positieve gezondheid: zingeving, sociale relaties en eigen regie. In 2024 werkten ruim 1,7 miljoen mensen in de zorg en boden 5 miljoen Nederlanders informele hulp. Samenwerking tussen professionele hulpverleners en mantelzorgers, familie, buren en vrijwilligers wordt steeds belangrijker door langer thuis wonen, persoonsgerichte zorg, arbeidsmarkttekorten en vergrijzing. Goede samenwerking bevordert continuïteit en kwaliteit, voorkomt overbelasting en sluit aan bij behoeften. Initiatieven zoals familieparticipatie op de Intensive Care (IC), betrokkenheid in verpleeghuizen en zorgzame buurten laten zien hoe dit in de praktijk werkt.

Ontwikkelingen en innovaties

De samenwerking tussen zorg en ondersteuning is niet nieuw. Zeker niet rondom mensen met een intensieve zorgbehoefte in de thuissituatie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan zorg rondom mensen met dementie, Parkinson of kindzorg. Mantelzorg speelt hierin een essentiële rol. Het gaat vaak om naasten, zoals partners, kinderen of buren, die dagelijks helpen met boodschappen, medicatie, zorgorganisatie en administratie, persoonlijke verzorging of ‘er zijn’. Deze inzet is onmisbaar en vormt een waardevolle aanvulling op de formele zorg, zoals wijkverpleging.

Naast de thuissituatie zien we ook in ziekenhuizen steeds meer samenwerking tussen formele zorg en informele zorg. Het meest intensief is dit op kinderafdelingen. Bijvoorbeeld bij de transitie care unit (TCU). Een overbruggingsplek, waar ouders leren en getraind worden om de zorg voor hun kind met chronische complexe aandoeningen thuis te leveren. Maar dit gebeurt in toenemende mate ook op andere plekken, zoals de IC, met initiatieven zoals familieparticipatie. Concepten als het samenzorgoverleg in het ziekenhuis en de mantelzorgacademies bereiden zich uit.

Daarnaast zien we in verschillende woonvormen intensieve vormen van samenwerking tussen formele en informele zorg. Een manier van integratie tussen formele en informele zorg gebeurt bij woon- en zorgcentrum Humanitas Deventer. Hier wonen studenten in het verpleeghuis. Zij dragen 30 uur per maand bij aan een warm en sociaal woonklimaat. Bij SlowCare ligt de nadruk op integratie met de wijk: cliënten drinken koffie met buurtgenoten, maken samen muziek en halen lege flessen op bij ouderen in de buurt. Dit soort initiatieven bevorderen sociale verbinding, bieden cliënten betekenisvolle activiteiten en ontlasten tegelijkertijd de formele zorg.

Uitdagingen

Mantelzorg is al lange tijd een belangrijke vorm van informele zorg. De druk op mantelzorgers neemt echter toe; 16% voelt zich structureel overbelast. Richting 2040 stijgt de behoefte aan mantelzorg, maar het aanbod groeit niet evenredig mee. Daarnaast weten we ook dat informele zorgverlening grenzen kent en dat het een andere manier van werken van professionele zorg vraagt. Informele zorgverleners zijn bijvoorbeeld vooral bereid om ondersteunende taken en in mindere mate zorgtaken uit te voeren. Daarnaast weten we ook dat erkenning van informele zorg belangrijk is. Dat betekent heldere afspraken over regie en samenwerking, een gelijkwaardige positie voor informele zorg, en aandacht voor hun administratieve belasting. Tot slot vraagt samenwerken ook van de professionele zorg een andere manier van werken. Hiertoe zijn allerlei tools en handvatten ontwikkeld.

"Echte samenwerking in de zorg begint thuis, waar inwoners samen dagelijks het fundament leggen voor goede, mensgerichte zorg en ondersteuning."

Wat staat ons te doen?

Zowel vanuit de zorgsector zelf als vanuit de samenleving worden stappen gezet om het samenspel tussen zorg en ondersteuning te verstevigen. In de verschillende programma’s en zorgakkoorden van de ouderenzorg (WOZO, HLO) is hiervoor specifieke aandacht. Wij sluiten we hierop aan en gaan ons de komende jaren extra inzetten om deze groeiende beweging te ondersteunen en helpen met opschalen. Hiervoor zoeken wij de samenwerking met andere overheidspartijen actief omdat we alleen samen, ieder vanuit een eigen rol, deze beweging kunnen verankeren in de samenleving.

Terug naar de overzichtspagina