Voor de declaratie van deze ozp’s gelden de regels zoals opgenomen in artikel 34a lid 22 van de Regeling medisch-specialistische zorg 2025:

  1. Deze prestaties worden gedeclareerd indien: 
    • vaccinaties worden toegediend aan patiënten die vallen in een medische risicogroep, en;
    • sprake is van het toedienen van vaccinaties die vallen onder de te verzekeren prestatie 'geneeskundige zorg zoals medisch-specialisten die plegen te bieden' als bedoeld in artikel 2.4 van het Besluit zorgverzekering.
  2. Er wordt één prestatie gedeclareerd voor de gehele set aan vaccinaties, (het gehele vaccinatiepakket) waarvoor de patiënt in aanmerking komt. Binnen dit vaccinatiepakket maakt het niet uit hoeveel toedieningen de patiënt krijgt en hoeveel tijd er tussen de (herhaal) toedieningen zit. Pas wanneer een patiënt het gehele vaccinatiepakket opnieuw ontvangt, wordt een nieuwe prestatie in rekening gebracht.
  3. De prestatie wordt gedeclareerd met als uitvoerdatum de datum waarop het eerste vaccin wordt toegediend.

Toelichting bij 1
De ozp’s worden gedeclareerd voor vaccinaties die worden toegediend aan patiënten die vallen in een medische risicogroep, en die vallen onder de aanspraak ‘geneeskundige zorg zoals medisch specialisten plegen te bieden’. Dit zijn vaccinaties die worden toegediend door een instelling voor medisch-specialistische zorg als gevolg van een medisch specialistische behandeling of vanwege een aandoening waarvoor de patiënt in het ziekenhuis behandeld wordt. Het gaat hier om vaccinaties door het ziekenhuis vanwege een medische noodzaak bij patiënten die vallen in een medische risicogroep. Op grond van artikel 2.1, eerste lid, laatste zin, van het Besluit zorgverzekering mogen de ozp’s niet gedeclareerd worden voor vaccinaties die een patiënt al via een andere route ontvangt.

De ozp’s mogen dus niet gedeclareerd worden voor:

  • Vaccinaties die niet vergoed worden vanuit de Zorgverzekeringswet, zoals reizigersvaccinaties (geen verzekerde zorg) of vaccinaties die vergoed worden via de Wet publieke gezondheid. (Zie deze vraag voor meer informatie).
  • Vaccinaties die niet door het ziekenhuis toegediend worden (met uitzondering van de GGD indien deze vaccinaties toedient via onderlinge dienstverlening in opdracht van het ziekenhuis. (Zie deze vraag voor meer informatie). Voor vaccinaties die via de openbare apotheek worden verstrekt geldt de aanspraak farmaceutische zorg. Vaccinaties worden dan vergoed indien deze opgenomen zijn in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). (Zie deze vraag voor meer informatie.)

Per 2025 is hier informatie over opgenomen in de toelichting op artikel 34a lid 22 in de Regeling medisch-specialistische zorg:
De ozp's voor vaccinatiezorg zijn geïntroduceerd naar aanleiding van het adviesrapport Vaccinatiezorg voor medische risicogroepen: 'wie neemt de regie?' van het Zorginstituut Nederland. De NZa bepaalt inhoudelijk niet welke medische risicogroepen er zijn en welke vaccinaties voor welke medische risicogroep geïndiceerd zijn.
De ozp's worden gedeclareerd als sprake is van vaccinaties die vallen onder de aanspraak 'geneeskundige zorg zoals medisch specialisten plegen te bieden'. Hierbij gaat het om het toedienen van vaccinaties aan medische risicogroepen vanwege een medisch specialistische behandeling of vanwege een aandoening waarvoor de patiënt binnen de medisch specialistische zorg behandeld wordt. De ozp's worden niet gedeclareerd voor vaccinaties die de patiënt via een andere route ontvangt (zoals vaccinaties die iemand ontvangt via de Wet publieke gezondheid of via de extramurale farmacie).

Toelichting bij 2
Er wordt één ozp gedeclareerd voor een volledige set aan vaccinaties (= vaccinatiepakket). Bijvoorbeeld: een patiënt wordt gevaccineerd tegen drie infectieziekten. De vaccinatie tegen infectieziekte A en B bestaat uit één prik. De vaccinatie tegen infectieziekte C bestaat uit drie prikken op verschillende momenten. Al deze prikken vallen binnen één vaccinatiepakket (in dit geval ozp 190592 'Medisch geïndiceerde vaccinaties tegen 3 of meer infectieziekten (excl. bij asplenie of hematologische stamceltransplantatie, zie 190593, 190594)'). Per 2025 is dit verduidelijkt in de Regeling medisch-specialistische zorg.

Als het ziekenhuis een ander ziekenhuis vraagt om de tweede of derde prik toe te dienen (omdat dit bijvoorbeeld dichter bij de patiënt thuis is), dan worden de kosten hiervoor onderling verrekend (onderlinge dienstverlening). Het tweede ziekenhuis brengt de kosten in rekening bij het ziekenhuis waar de vaccinatiereeks gestart is en dat het ozp gedeclareerd heeft.